Tilburg ging een maand in Lockdown

Verhalen van de gasfabriek
15 april 2020
De nalatenschap van Winus Monkels
13 mei 2020
Verhalen van de gasfabriek
15 april 2020
De nalatenschap van Winus Monkels
13 mei 2020

Een stad in quarantaine. Precies 69 jaar geleden, in 1951, was dat ook aan de orde in Tilburg. Een heuse pokkenepidemie hield de stad wekenlang in zijn greep. In de VPRO-reeks ‘Het Spoor Terug’ uit 1995 komt Jo Maton aan het woord. Zij was een van de zwaarst getroffen patiënten.

Tilburg – In  1951 is Jo 36 jaar. Getrouwd en moeder van twee kinderen. Vanwege de woningnood hebben zij kostgangers in huis, waaronder een gezin met twee kinderen. In het voorjaar voelt Jo zich al een tijdje niet echt lekker. Bovendien krijgt ze ineens overal jeuk. Dan wordt Piet, die ook bij haar inwoont, plotseling ernstig ziek.

De dokter komt erbij. “Waterpokken”, constateert hij. “Een typische kinderziekte, uw kinderen zullen het ook wel krijgen”, is zijn eerste reactie. Toch laat hij voor de zekerheid een extra controle uitvoeren in het laboratorium. Al snel volgt de uitslag: pokken, een dodelijke en zeer besmettelijke ziekte. En dat is andere koek. Later verklaart deze dokter: “Wij wisten van niets. Pokken, dat was immers al lang uitgestorven. We kenden die ziekte alleen maar uit de boekjes.” Vervolgens gaan alle alarmbellen af. De stad gaat op slot en Tilburg wordt dagelijks voorpaginanieuws. Jo Matons gezin en haar kostgangers gaan in quarantaine: “Niemand van ons mocht naar buiten en er kwam niemand binnen. Op ons raam hing een grote plaat met de tekst ‘Besmettelijke ziekte’. Logisch dat iedereen er met een grote boog omheen liep.”

Stad in quarantaine

De gemeente Tilburg handelt snel. De stad gaat in ‘lockdown’. Binnen tien dagen krijgen alle 120.000 inwoners een vaccinatie tegen de gevreesde builen- en blarenziekte. Op de drukste dag worden maar liefst 35.000 mensen ‘gekrabd’. Als bewijs van inenting ontvangt iedereen een ‘pokkenbriefje’, dat je altijd bij je moet dragen. Een plaatselijke radiozaak draait muziek om het lange wachten enigszins draaglijk te maken. Ondertussen worden sportwedstrijden, het circus, markten, Rome- en Lourdesreizen en tal van evenementen afgelast. Bussen rijden om de stad heen en treinen razen zonder te stoppen het station voorbij. De Tilburgse lucht alleen al is besmettelijk voor de buitenwereld. Als je het woord ‘Tilburg’ noemt, nemen mensen direct afstand.

Jo belandt in het Sint Elisabethziekenhuis, waar binnen 24 uur een speciale ruimte voor pokkenpatiënten wordt ingericht. De verpleging, die tot dan toe de zorg had voor kinderen, blijft om voor de patiënten te zorgen. Ook Annie Landzaat, de kostganger van Jo Maton, komt hier terecht. Haar kinderen worden als ‘contactgeval’ ondergebracht in het Cenakel. Annie ziet haar kinderen nóg vertrekken: “’Kom op, we gaan’, zei de oudste tegen de jongste, terwijl hij hem aan zijn arm meetrok. Dat deed zeer. Zou ik ze ooit nog terugzien? We hadden geen idee waar we voor kwamen te staan.”

​Jo Maton blijkt een van de zwaarste gevallen. Zij ​verliest haar haren en komt van kruin tot voetzool onder de pokken te staan. “Ik heb mezelf verder nooit bekeken, dat was niet om aan te zien. Mijn huid leek wel een oude kaas met gaten. De jeuk was niet te harden. Mijn handen stonden stijf van de pokken. Ze hebben me in leven gehouden met een ijsstokje met wat eten eraan.” Uiteindelijk kwam het helemaal goed met haar, op enkele gezichtsbeschadigingen na. “Daar werd ik soms mee gepest maar ik kon er toch goed mee omgaan. Alsof het overleven van die ziekte mijn hele gedachtegang veranderd had.”

Jo moet tot half juni in het ziekenhuis blijven, terwijl de andere patiënten druppelsgewijs naar huis mogen. Af en toe wordt ze naar buiten gereden, zodat ze naar haar gezinsleden kan zwaaien die bij het hek staan. 

Het is daar zeer gezond

Tilburg blijft in totaal vier weken in quarantaine. In die tijd worden er vijftig patiënten opgenomen waarvan er twee overlijden. Nog eens vijftig mensen worden als ‘contactgeval’ afgezonderd. Op 30 mei 1951 is Tilburg officieel pokkenvrij. Reden voor de Volksrant om te schrijven: ‘… Er is reden tot dankbaarheid voor de manier waarop de schôônste stad van het land haar nare lot van afzondering heeft gedragen…’. De krant roept toeristisch Nederland op Tilburg te bezoeken: ‘… Het is daar zeer mooi en gezond bovendien. De mensen zijn er, ingeënt als ze zijn, onvatbaar voor de pokken.” Sinds 1980 is de wereld officieel pokkenvrij verklaard.

De hele documentaire kan je terugluisteren op de website van de VPRO (Het spoor terug / De laatste pokkenepidemie / 8-1-1995)