Brouwende broeders

Van twee walletjes
22 april 2022
Een koninklijk Tilburgs biertje
22 april 2022
Van twee walletjes
22 april 2022
Een koninklijk Tilburgs biertje
22 april 2022

De voormalige werkgebouwen van de Rooi Harten. In het tweede pand van rechts was de bierbrouwerij gevestigd. (Foto: Theo van Etten)

Brouwende broeders

Genieten, dat kunnen ze wel. Zeker als je de bieretiketten moet geloven. Voldane paters van niet geringe omvang, glimmend van trots met een kelk schuimend bier in de hand. Als je dat ziet wil je toch niets liever dan kloosterling worden?

Ook Tilburg kent en kende zijn brouwende broeders. Allereerst is daar natuurlijk de kloosterbrouwerij Koningshoeven waar de paters ‘authentiek trappistenbier’ brouwen. “Ja, maar dat is niet echt Tilburg, die brouwerij ligt op Berkels grondgebied,” zullen sommigen zeggen. Oké, maar ook in Tilburg kenden we zo’n honderd jaar geleden twee kloosterbrouwerijen. Zeker niet zo groot als die van de trappisten, maar toch.

In 1896 starten de Kapucijnen op Korvel een kleine brouwerij op. In een werkgebouw van het klooster aan de Paterstraat houdt een broeder zich bezig met het brouwen van bier. En dat gebeurt soms onder geheimzinnige omstandigheden, zo herinnert een kapucijn zich: “Als wij ’s-nachts uit ons raampje keken zagen we licht branden in de brouwerij. Maar niemand mocht weten wat daar precies gebeurde. Er werd verteld dat één slechte adem het brouwsel zou kunnen bederven …”

Ook in andere steden en dorpen brouwen de kapucijnen hun eigen bier. Er ontstaat er al snel argwaan in de buitenwereld. Gaan de broeders, net als de trappisten, concurreren met de plaatselijke brouwers? Dat is niet het geval en dus benadrukken de kapucijnen in de kranten dat het bier echt alleen voor eigen gebruik is.

Ook de missionarissen van het Heilig Hart, kort gezegd ‘de Rooi Harten’, starten in 1898 een kleine brouwerij bij hun klooster aan de Bredaseweg. Waarschijnlijk is deze tot de Eerste Wereldoorlog actief geweest, daarna is hij nooit meer opgestart.

In Tilburg zijn nagenoeg alle fysieke herinneringen aan het brouwerijverleden verloren gegaan. Maar niet die van de Rooi Harten en de Kapucijnen. De werkhuizen waar ooit graan, hop en gist tot een mysterieuze drank werden verheven, staan nog fier overeind.